Gedeeltelijke verlegging van de buurtweg nr. 36 (Nijverseel). Openbaar onderzoek.
 

Geplaatst op 11-04-2009

Opwijk, 8 april 2009

College van Burgemeester en Schepenen van de gemeente Opwijk

Gemeentehuis

1745 OPWIJK

Mevrouw de burgemeester, mevrouwen en heren schepenen,

Betreft: openbaar onderzoek voor de gedeeltelijke verplaatsing van de buurtweg nr. 36 (Nijverseel)

In het kader van het openbaar onderzoek (tot 9 april 2009) wensen wij hierbij onze opmerkingen en voorstellen te geven in verband met de aanvraag tot de gedeeltelijke verlegging van de buurtweg nr. 36 (Nijverseel, een gedeelte van het traject tussen de Steenweg op Dendermonde en de grens met Aalst-Baardegem).
Het gaat hier om een deel van de 'Groothoefbaan'. Deze weg loopt door de Hoevekouter (met 'Kleine Hoeve' en 'Grote Hoeve',…) die voor het grootste deel kloostergoed was van de voormalige abdij ten Rozen (Mijlbeek-Aalst) – zie HOM-tijdschrift 2005-3, pag. 38-40 en 2005-4, pag. 2-5.

Opmerkingen

 

noch de aanvraag voor de gedeeltelijke verplaatsing, noch het bericht van het openbaar onderzoek ter zake werd op enigerwijze aangeplakt of uitgehangen ter plaatse bij de betrokken buurtweg (vaststelling op vrijdagvoormiddag 3 april 2009).

  de aanvraag voor de gedeeltelijke verplaatsing dd. 4 februari 2009 vermeldt o.m.: 'Deze weg heeft uitsluitend als doel, het ontsluiten van de achterliggende landbouwgronden'.
Dit lijkt ons niet juist. De weg vormt een publieke erfdienstbaarheid en mag en kan dus gebruikt worden door eenieder. De weg loopt trouwens door, over de gemeentegrens, op grondgebied Baardegem (Aalst). De weg wordt dan ook relatief veelvuldig gebruikt door wandelaars,… (ten minste als hij niet plaatselijk afgesloten is…!).

De vermelding in de aanvraag 'De betrokken landbouwer, die buiten onszelf deze weg gebruikt, heeft geen bezwaar tegen deze verlegging (wat zal blijken uit het openbaar onderzoek)' heeft dan ook geen enkele relevantie en lijkt ons eerder misplaatst.

  de weg is, van aan de Steenweg op Dendermonde, over een afstand van ca. 100 meter geasfalteerd. Verder is hij niet verhard, maar is, toch bij gunstig weer, goed bruikbaar voor voetgangers en zelfs voor fietsers (op grondgebied Opwijk en grondgebied Baardegem), behalve dan op het deel dat door het betrokken perceel sectie H 418-x loopt. Volgens getuigen was de weg daar vorig jaar onderbroken (afgesloten). De wegzate was omgeploegd, bewerkt en met maïs beplant (wat enkele dagen geleden daar nog duidelijk zichtbaar was). Ter plaatse van het betrokken perceel is de weg op meerdere plaatsen kapot gereden door landbouwwerktuigen en –voertuigen.
  wij hebben begrip voor de argumenten van de aanvrager die schrijft 'Bedoeling is deze weg langs de perceelsgrenzen te verleggen, zodanig dat wij een normale en degelijke aanplanting van fruitbomen kunnen uitvoeren,…'. Maar dit zijn uiteraard (persoonlijke en commerciële) argumenten en belangen van de eigenaar (gebruiker).
Voor de eventuele verplaatsing van de weg dient uiteraard ook het publiek belang in overweging genomen te worden. Voor de weggebruikers is een plaatselijke verlegging van de weg zoals gevraagd een duidelijk nadeel (langer traject met scherpe bochten, onveiliger omwille van de omleiding tussen de fruitboomaanplantingen waarbij men geen doorzicht heeft tussen de punten A en C op het Opmetingsplan 1/1000, het uitzicht -zichtbaar karakter- van een weg die openbaar is dat verdwijnt, …).
Wij veronderstellen dat de fruitaanplantingen op het perceel 418-v2 gebeurt door het zelfde bedrijf als op de percelen 418-d en 418-z en dat dit zelfde bedrijf ook wenst fruitbomen te planten op betrokken perceel 418-x. In die optiek vragen wij ons aan of de aanplantingen op het zuidelijk deel van perceel 418-x niet kunnen aansluiten op de aanplantingen op perceel 418-v2 en de aanplantingen op het noordelijk deel van perceel 418-x op de aanplantingen op de percelen 418-d en 418-z. Wij zouden het logisch vinden dat de aanplantingen zouden gebeuren in functie van het (rationeel) recht traject van de weg, en niet dat de weg zou verplaatst worden in functie van een (misschien eerder occasionele) gewenste aanplantingsconfiguratie.
  indien er toch zou overgegaan worden tot de uitvoering van een gedeeltelijke verplaatsing:
wij stellen dan voor de weg te verplaatsen naar de zuid- en de westgrens van perceel 418-x. Niet alleen wordt het tracé van de omleiding dan duidelijk (relatief) korter (197 m i.p.v. 222 m) maar vermijdt men ook een hoek van minder dan 90° aan punt C.
  dit voorstel voor de gedeeltelijke verplaatsing van de weg maakt geen deel uit van een meer globaal plan voor de herwaardering en de structurering van het netwerk van trage wegen in het betrokken gebied. Dergelijk plan voor de optimalisatie van het plaatselijk buurtwegennetwerk bestaat trouwens niet eens.

Het HOM-bestuur wenst dat deze opmerkingen en alternatief voorstel opgetekend worden in het proces-verbaal van het openbaar onderzoek en in het dossier gevoegd worden. Wij vragen dat alle opmerkingen en voorstellen zouden onderzocht en beantwoord worden.

Met de meeste hoogachting,

voor het HOM-bestuur,

Maurice WILLOCX

Ingo LUYPAERT

bestuurder

voorzitter