Email naar HOM

Vernieuwing van deze pagina

Naar bovenregel pagina: dubbelklik linkermuisknop

Sluit dit vak met klik op linker muisknop.

Rechter-
muisknop

  

  

In een niet-gedateerde brief schrijft Scheutist Leon Lindemans aan zijn broer Paul, frontbrancardier:
Over onze kerken

Daar stond een toren, stout op eigen kracht
Tot in de wolken recht in steen en pracht
Hun oorlogswagen, woest, kwam aangewield
De toren ligt er tot wat asch vernield

                     P. Valerius Mahy

           Gelijk men soms in oude kerken, die eeuwen overleefden en eens de beeldstorming doormaakten, al de schoonheid zien geknakt door 't vernielen van die beelden die outer en biechtstoelen versierden, zoo ook zien wij op vele onzer kerken ook die geweldige alvernielende hand neer komen om er het cachet van af te rukken: de torens. 'k Zou wel willen nu eens rond kijken, meer, in sommige kerken van onze streek eens willen binnentreden met u allen eenige dagen nadat ge Antwerpen moest verlaten, niet als overwonnen maar als overwinnaars.

Dus wij nemen het maar aan niet waar.
Zie eens zegde mij een brave man: hoe de toren van Peiseghem scheef staat! dat komt van de Duitschers hun schieten! … Ja zoo erg was het niet, 't was voor de eerste maal dat hij dat nu zag, maar 't was 't veld dat in een helling lag en zoo scheen de toren maar scheef te staan …
Juist lijk te Rummen stonden er ook in 't begin van den oorlog 's avonds, gedrukt onder eene athmospheer van terrorisatie een groepje volk te kijken naar de maan, met de bespiegeling: menschen kijk toch eens welk een nieuw machien de Duitschers nu hebben uitgevonden.
De toren van Peiseghem heeft er nog al van zijn pluimen bij gelaten. Op sommige plaatsen kan men er doorzien, ook veel schaliën liggen er al niet meer op. 't Is nog wel afgeloopen want ook Peiseghem’s toren wierd bestookt op 27 September. 't Volk zat in de kerk en moest zoo onder een felle beschieting de kerk verlaten. Londerzeel’s toren is ook doorschoten juist in 't midden. Het dorp heeft veel geleden. 't Is er een onbeschrijfelijke verwoesting.
In de kerk van Opstal viel eene bom te midden van 't koor. De muren zijn nog al erg doorploegd met stukken projectiel. 't Schoon nieuw altaar bleef echter ongedeerd. Verder is er aan de kerk niet al te veel schade tenzij de toren die –als 'k mij niet bedrieg- ook eenige gaten telt.
Baasrode kwam ook onder Duitsch vuur en wierd ook nogal aangetakkeld. Een bom trof de middenbeuk: ge kunt u best de gevolgen er van voorstellen. 't Veerhuis langs den overkant had er al zijn dakpannen bij gelaten, en de villa’s …!
Dendermonde heb ik niet gezien. Er mochten in dien tijd geen jonge lieden doorgaan. St.-Gillis ook niet gezien – men zegde toen dat alles uitgebrand was en dat –'k spreek van de kerk- de klokken in scherven uit den toren gevallen waren.
Voor Dendermonde –vertelde men mij– hebt ge 't zelfde – voorbij is die oude stad met haren beiaard die ons –toen het nog vrede was elk kwartier een handvol noten boven het hoofd slingerde- herinnering van vroeger eeuwen. Voorbij Dendermondsche beiaard- want … Duitschers kwamen en staken belletjes en scherven van belletjes in hunne ransels als "souvenir". Mooie souvenirs voorwaar – maar voor ons grooter gedenkstukken.
Nu naar Lebbeek. Het geteisterde Lebbeek dat ik 3 dagen na de gruwelvolle tragedie bezocht. Voor Lebbeek zou ik wel een kapitel alleen kunnen vervaardigen, wat ik ook zal doen als u dat aanbelangt.
Over de kerk kan ik nu reeds eenige bijzonderheid neerpennen. Later zal ik het in zijn midden plaatsen. Deze kerk ook heeft veel kogels ontvangen. "Ze zag er zwart van" zegde men in Opwijck en 't scheen wel zoo te zijn. De kerk die op slot was werd door de Duitsche bijl met geweld opengemaakt. Ze hebben er het slot uitgekapt zoo dat toen ik er kwam men de deur met eene ketting en een hangslot had toegedaan. Ik kon binnen in de kerk zien langs de uitgehouwen opening. 't Was weer dezelfde vernielingsgeest die er door had gewaaid. Stoelen lagen er van mekaar geslagen op hoopen. Paarden mest stond tot in 't portaal. Bij tijds had eene juffrouw 't allerheiligste naar 't klooster-Gasthuis overgebracht onder de wacht van 2 Duitschers. Over de gruweldaden begaan in Lebbeek kan men geen gedacht geven. Later daarover, met een beschrijving van 't dorp, 3 dagen nadien.
Baardegem’s toren is ook geschonden. Van onder tot boven is hij gebarsten van de geweldige ontploffing. 't Was een katholieke Duitscher wien het was opgelegd van de lont aan te steken.
Al de dorpen die volgen zijn door dezelfde compagnie geschonden. Wij hebben ze toen zien voorbij trekken in Opwijck, 200 man met eene batterie, flink uitgedost. Wij dachten dat het er ging spannen toen we dat zagen doch 't was om de wagen dynamiet te beschermen.
Maxenzeel heeft de kap verloren. Ze hadden dynamiet gestoken onder de balken van den toren en nog eene dozis in 't midden van de spil. Daarna, ze zijn immers altijd hoffelijk, werden de burgers uitgenoodigd de vensters van hunne huizen te openen, om 't sparen van nuttelooze scherven. Toen 't vuur aan de dynamiet was sprong de spil de lucht in en in de lucht sprongen de vier paneelen van de spil langs vier kanten uiteen. Een van de vier, viel terug op de toren en bleef zoo liggen. Hun werk was gedaan, en ze reden verder.
Van Meldert weet ik niets.
De kerk van Cobbegem (Paul, ik kan hier mis zijn voor de benaming van 't dorp – als ge van Brussel komt hebt ge eerst Cobbeghem – Bollebeek – en dan Molhem. – zoo staat het mij voor. Indien Bollebeek 't eerst is dan wordt het gezegd van Bollebeek – zoo ge eerst Cobbeghem hebt is 't van Cobbeghem dat dit gezegd wordt )–pas gerestaureerde kerk is nog heelemaal in goeden staat gebleven. De boeren moesten de toren vol strooi steken, doch toen ik er in november 1914 voorbij kwam hadden zij het er reeds terug uitgehaald.
De toren van Bollebeek heeft lijk dien van Molhem enkel 't gebint van de spil bewaard. De rest is door de dynamiet weggeslagen. In Bollebeek is de klok uit den toren gevallen, effect van de ontploffing. Ze kwam terecht op 't klavier van 't orgel.
Aan de kerk van Assche is geen schade gericht 't was voor de Duitschen een veel te goede uitkijk om de valei te bespieden.
Merchtem. Niets denk ik valt er aan te vermelden.
Droeshout ook niets. Opwijk ook niets. De tableaux zijn blijven hangen in onze kerk alhoewel er ernstig spraak van geweest is om ze te verduiken. Wat het zilver werk betreft de remonstrantie enz.. die zijn in veiligheid gebracht (Paul.- Ze steken in eene groote dikke kist van groote lijk de koffers met de prijzen) een meter diep in onze patatten kelder achter de deur. Daar steekt de schat.)

             Het reisje is uit en wij zijn weer thuis.

                                   Leon