Naar HOM-website

Startpagina HOM-algemeen

Nieuw op HOM-site

Naar externe links

Zoeken in HOM-site

Inloggen HOM-ledengebied

Vorige bezochte pagina

Volgende (reeds bezochte) pagina

Email naar HOM

Vernieuwing van deze pagina

Klik voor naar top van de pagina of dubbelklik linkermuisknop

Sluit dit vak met klik op linker muisknop.

Info rechtermuisknop

Volgende pag. of vorige pag.

  

  
  

aaaaaa

HOM - Heemkundige bijdragen


Open monumentendag

Opwijk - 9 september 2001

De openstelling van 't Kasteeltje (vroegere villa Wijnants) en de tentoonstelling 'Metaal in het Opwijks bouwkundig erfgoed'' tijdens de Open Monumentendag van zondag 9 september jl. kenden een ruime belangstelling.

Het derde luik van het OMD-gebeuren in Opwijk, de geleide gevelwandelingen in Opwijk-centrum (met bijzondere aandacht voor metaal in het straatbeeld) konden, wegens het barslechte weer, niet plaatsvinden.

Deze dorpswandeling werd opnieuw geprogrammeerd, voor zondagnamiddag 21 oktober 2001. Klik hier voor de beschrijving met toelichting bij de belangrijkste wetenswaardigheden langs het wandeltraject.

't Kasteeltje - vroegere villa Wijnants

De plaats

De plaats waar notaris Fernand Wijnants in 't begin van de 20e eeuw zijn villa met notariaat bouwde ligt aan de westzijde van de Brugkouter (Broekkouter). De plaats was aanvankelijk gekend als an die doelen (parochiaal kerkarchief 1515), de savelputte (1515), den sandeputte nu de oude doelen (1620), daer doude doelen plochten te wesen (feodaal archief 1619 en 1775), den savelputte of den sandenputte (1620). Er werd vroeger zavel geschoten. Het was de plaats waar de aloude Sint-Paulusschuttersgilde kwam oefenen en waar dus de wippen (doelen) stonden. Het was waarschijnlijk hun eigendom. Vermoedelijk sinds eind 16e eeuw werd een nieuw schuttersplein gebruikt aan de andere kant van 't dorp, op de plaats die wij nu nog kennen als ''t Schuttershof' (in 't Heiveld).

Waarschijnlijk sinds eind 16e - begin 17e eeuw werd de plaats van de Oude Doelen of Sandeputte (Savelputte) eigendom van de kerk van Opwijk.

In de legger bij het kaart- en metingboek 1725-'26 wordt het perceel 88 van de 15e kaart als volgt beschreven:

N° 88

Hier volght den broeckcauter

Joos heijvaert fs Joos hout in pacht van de kerck van Opwijck een partije lant gheleghen op den broeckcauter paelende oost Mijnheer de Cannoninck hoorenbeek suijt Thomas van mulders west d'hofstede van Adr Philips ende Adr Emerijck noort Adr de ridder groot met den voetwegh westwaert doorloopende een daghwant vierentachentigh roeden 0-1-84 R

dito heyvaert 0-1-84

De weg langs de zuid-westzijde van het perceel liep zeker tot in de 18e eeuw rechtdoor (deels als losweg) tot aan de splitsing Heirbaan-Cauterbaan (naar Neervelde, nu Stationsstraat). Later werd de weg op ca. 40 m van de splitsing haaks aangesloten op de huidige Marktstraat. Het perceel waarop later 't Kasteeltje gebouwd werd won hierdoor enige oppervlakte. Dit baantje, in de gemeentelijke Atlas der Buurtwegen (1843-'46) ter plaatse aangeduid als 'Weg achter 't Dorp' (deel van de weg nr. 61) vormde daar de grens tussen het oude dorpscentrum (achter de bebouwde percelen van de heerbaan (nu Marktstraat) en de Brugkouter. Het baantje liep dus niet door 't dorp, maar achter 't dorp. Later kreeg de weg de officieuze naam 'Dorpssteeg'. Deze benaming werd in 1995 door het gemeentebestuur bevestigd.

Langs de zuid-oost zijde werd het perceel begrensd door een voetweg (losweg) door de Brugkouter. In de 19e eeuw leidde deze weg (de Meulenweg of Stenenmolenweg - weg nr. 63) naar de stenen windmolen van den Boecht (nabij het huidige kerkhof).

In de 19e eeuwse kadastergegevens staat het perceel (Sectie B, nr. 292) aangeduid als zijnde 60 are groot.

Het werd door de kerkfabriek van St.-Paulus Opwijk verhuurd tot in 1901 aan Felix Vanbaelen, wagenmaker en P.J. Broothaers. De eigendom werd verkocht aan notaris Wijnants op 17 november 1900 voor 11.460 fr.

Op bijgaande foto van een oude prentkaart van 't begin van de 20e eeuw zien wij nog de situering van de intrede van het Dorp langs de Heirbaan en de Stationsstraat vóór de bouw van 't Kasteeltje. De foto werd genomen richting dorp (huidige Marktstraat), ongeveer van op de hoek Stationsstraat-Heirbaan.

Links, op de plaats waar nu de Ringlaan begint, het huis 'Van Baelekens' (wagenmakerij en herberg). Daarvoor nog de fraaie lantaarnpaal met petroleumlamp (één van de vier die Opwijk toen rijk was). Rechts daarvan (midden op de foto) de grote verdwenen notelaar, ongeveer op de plaats waarvan men reeds in 1619 schreef 'aen de heerwegh daer eene groote linde staet recht tegen over daer doude doelen plochten te wesen'. Ongeveer op dezelfde plaats staat nu een fraaie rode beuk.

Achter de boom bevindt zich het terrein waar Fernand Wijnants in 1908-'09 zijn villa bouwde, met links daarachter de Dorpssteeg. Daarachter (met op de gevel het paneel 'Au Bon Marché') het huis van 'Tiets' (Frans De Logi). Rechtsachter, voor het grote witte huis van dokter en burgemeester Benoit De Smedt (nu huis van arch. E. Van Lembergen) sluit de Processiestraat aan op de Marktstraat. Rechts de tweewoonst van schepen Petrus De Block. Tegenover het terrein van 't Kasteeltje, op de splitsing van de Heirbaan en de Stationsstraat stond een openbare dorpspomp.

De configuratie van het perceel waarop de villa Wijnants staat, werd ook enigszins aangepast voor de aanleg van de Ringlaan (1963-'64), kruispunt Ringlaan-Marktstraat-Heiveld-Heirbaan-Stationsstraat) en voor de aanleg van een publieke parking tegenover het kerkhof. Ten behoeve van de gemeenschapsschool werd het terrein naar de zuid-westkant (richting Fabrieksstraat) uitgebreid.

De eigenaar-bouwheer

Fernand Wijnants was de zoon van Nicolaas Wijnants ( Leuven 1826,  Opwijk 24-02-1898, geneesheer, gemeenteraadslid en schepen van Opwijk) en van Maria Catharina Antonia Van Hees ( Turnhout). Hij werd geboren te Opwijk op 29 januari 1863 en was de jongere broer van Jozef Wijnants, geneesheer, gemeenteraadslid en burgemeester van Opwijk.

Fernand W. huwde te Asse op 24 april 1907 met Emilia Justina Maria Augusta Crick, Asse 17-08-1876, Opwijk 10-02-1941, dochter van Victor Crick (notaris te Asse) en Maria Adela Van de Putte.

Fernand Wijnants overleed te Opwijk op 26 oktober 1938.

Het echtpaar Wijnants-Crick had 5 kinderen, waarvan de oudste zoon Victor, eveneens notaris was te Opwijk en burgemeester van Opwijk 1947-'48.

Het gebouw ''t Kasteeltje'

De voormalige villa van Notaris Wijnants werd ca. 1908 gebouwd.

Het grondplan van het oorspronkelijke gebouw lijkt op een vrije samenvoeging van ruimtelijke onderdelen zonder enig symmetrisch of klassiek verband. Het woonhuis heeft referenties naar de ruimte-indeling van de 19e eeuwse herenhuizen. Qua concept en vormentaal sluit de ruime villa met haar toren en open winterveranda ook ergens aan bij de kastelen van de 18e en 19e eeuwse landadel.

Met deze opbouw, alsook door de gevelversieringen en de diverse elementen van 'kleine grootsheid', is dit bouwwerk een typisch product van de 19e eeuwse bouwkunst.

't Kasteeltje en zijn bomenpark, op de hoek van de Marktstraat en de Ringlaan, vormt een echte blikvanger voor iedereen die het centrum van Opwijk komt binnengereden langs de Heirbaan, de Stationsstraat, het Heiveld en de Ringlaan.

Volgens de aanduidingen op twee overgebleven bouwplannen (zie tentoonstelling) was een zekere J. Rosschaert de architect. Deze twee plannen werden getekend te Brussel, op respectievelijk 14 en 29 april 1908.

Grosso mode bestaat het geheel uit twee delen: een hoofdgebouw (met toren) langs de noord-westzijde (kant Ringlaan) en een lager, langgerekt gedeelte langs de zuid-ooszijde (kant Dorpssteeg).

Het prestigieus hoofdgebouw omvatte vooral de woonlokalen (met inbegrip voor het dienstpersoneel) en bijhorende dienstlokalen.

Het gebouw telde een kelderverdieping, het gelijkvloers met de ontvangst en woonruimten (met keuken, sanitaire lokalen,...), een 1e verdieping met vooral de slaapvertrekken en in het dakvolume enkele mansardekamers, dienstlokalen, zolders en een personeelskamer - zie tentoongesteld plan van de zolderverdieping.

Het gebouw telt twee trappen: de monumentale trap tussen het gelijkvloers en de 1e verdieping en een diensttrap die alle verdiepingen aandoet.

Het hoofdgebouw heeft over zijn oppervlakte een hoge en droge kelder, waarin de wijnkelder een grote plaats inneemt. Afgaande op documenten i.v.m. aanvragen voor schadevergoedingen voor opeisingen tijdens WO-1 en WO-2, was deze wijnkelder steeds goed gevuld.

Misschien in dit verband: het oorlogsdagboek van Louis Lindemans 1914-'18  geeft gegevens weer over enkele bizarre feiten in 't Kasteeltje tijdens de bezetting onder WO-1.

De gevels zijn opgebouwd uit rode baksteen afgewisseld met witte geglazuurde baksteen (bogen boven de deur- en vensteropeningen, hoekblokken, siermetselwerk onder sommige vensters, sommige speklagen,...) en met witte natuursteen (speklagen, sluitstenen van de bogen, balusters van de leuning van het vals balkon,...) en blauwe hardsteen (sokkel, deur- en vensterdorpels, raamomlijstingen, sommige speklagen, diverse versieringen, afdekking van puntgevels,...).

Verschillende onderdelen zijn louter decoratief en hebben geen echte functie (o.a. de leuning van het vals balkon aan de gevel langs de Marktstraat), wat ze onmiddellijk plaatst in de 19e-eeuwse neorenaissancestijl.

De voorgevel langs de Marktstraat is vier traveeën breed en drie verdiepingen hoog (met inbegrip van de zolderverdieping).

De ramen op het gelijkvloers zijn vervat in een fraaie 'bow-window' van het engelse type of zijn met natuursteen omkaderd en afgedekt met een sierleuning in natuursteen aan een vals balkon.

De voorgevel werd, naar 19e eeuwse traditie, representatief uitgewerkt door het rechtergedeelte in neorenaissancestijl uit te voeren met de typische rijkversierde trapgevel in combinatie met het onderste venster dat plechtstatig uitgewerkt is met vier natuurstenen zuilen en de versierde latei met bovenliggend (vals) balkon.

De achteruitspringende toren geeft een visuele verbreding van de gevel. Het effect van de verhoging met het torenvlak (links) is langs de andere kant gecompenseerd door de versierde en met natuursteen afgedekte puntgevel.

Het grote dakvlak is gebroken door twee sierlijke standvensters met een spits, ingesnoerd punttorentje.

De noord-westzijgevel, die voor de aanleg van de Ringlaan (1963-'64) in zijn geheel veel minder voor het publiek zichtbaar was, wordt grotendeels gedomineerd door de vooruitspringende rijkversierde toren met 3 niveau's en een ingesnoerd tentdak, dat ruim boven het dak van het hoofdgebouw reikt.

De hoofdingang van 't Kasteeltje op het gelijkvloers van de toren is toegankelijk langs een monumentaal trapje van een vijftal treden.

Het bouwvolume links is afgedekt met een plat dak even onder het niveau van de kroonlijst van de rest van het gebouw. Dit volume, dat de indruk geeft aangebouwd te zijn, heeft op het gelijkvloers grote brede vensters (zijgevel en achtergevel) die afgedekt zijn met metalen lateien waarboven gemetste (sier)ontlastingsbogen.

De andere zijgevel (kant Dorpssteeg) en de achtergevels hebben min of meer dezelfde geveltextuur, en zijn representatief voor de ingewikkelde ruimtelijke opbouw van het geheel.

Van de zijgevel langs de kant van de Dorpssteeg is ons een bouwplan dd. 29 april 1908, getekend door architect J. Rosschaert bewaard gebleven. Bemerk dat de uitgevoerde toestand niet volledig overeenkomt met het plan: slecht één standvenster in het dak in plaats van de getekende twee, de metalen versiering op het afgeplatte schilddak ontbreekt, de luifel aan de 'achterdeur' (achtergevel) werd niet geplaatst,... - vergelijk ook met de gevelfoto's op de oude prentkaarten.

In het veel soberder uitgevoerd bijgebouw, langs de zuid-oost zijde van het hoofdgebouw (langs de Dorpssteeg), was het notariaat gevestigd (met vensters die uitgaven op de binnenkoer en tuin) en enkele dienstlokalen. Het notariaat had een afzonderlijke toegang langs de Dorpssteeg.

Deze toegangspoort, die doorgang geeft naar de binnenkoer en tuin, werd ook gebruikt voor de woonfunctie. De omgeving van de poort is dan ook duidelijk meer versierd dan de rest van de gevel van het bijgebouw langs de Dorpssteeg.

Het bijgebouw heeft slechts één niveau en een dakruimte.

Het omvatte op het gelijkvloers aanvankelijk enkel de doorrijtoegang (tussen de Dorpssteeg en de tuin, die daar een soort gesloten en overdekte binnenkoer vormt) en twee ruime lokalen - zie de begrenzing van het gebouw op het tentoongesteld plan.

Langs de kant van het dorp werden in een andere constructie enkele dienstlokalen aanggebouwd, o.a. een autobergplaats.

Op het gedeelte van het plat dak van het bijgebouw boven de toegangspoort was er een glazen veranda (wintertuin,...?) met een gebogen dak in een metalen structuur. Hiervan zijn nog sporen zichtbaar in de zuid-oostgevel - zie ook de tentoongestelde foto. Deze veranda was toegankelijk langs een deur in de zijgevel van het hoofdgebouw, vanaf het bordes van de hoofdtrap.

Het interieur

Het gebouw werd in de loop van de jaren praktisch niet gewijzigd.

Het fraaie interieur van het begin van de 20e eeuw op het gelijkvloers (het schrijnwerk, de eikenhouten lambriseringen met ingewerkte kastjes, spiegels en beschilderd glas in lood, de versierde granito mozaïekvloer, de versierde plafonds, de monumentale hoofdtrap, de schouwmantels,...) is gedeeltelijk bewaard gebleven.

Opvallend is de rijkelijke versiering en het aangeklede interieur van het gelijkvloers tegenover de soberheid op de verdiepingen.

De omheining

Langs de Marktstraat staat nog een gedeelte van het fraaie oorspronkelijk hekken in giet- en smeedijzer. De oorspronkelijke ijzeren toegangspoort, volledig in de stijl van het vast hekken, is vervangen door een nieuwe versie die geïntegreerd is in de aanpassing van de afsluiting voor de Ringlaan en het kruispuntplein.

De tuin van 't Kasteeltje

Het Kasteeltje staat in een tuin met enkele prachtige bomen die direct na de bouw (1909-'10) gepland werden - zie fotovergrotingen op de tentoonstelling.

De waarde van een groene ruimte als deze van 't Kasteeltje niet alleen in een materiële waarde uit te drukken. Uiteraard speelt hier ook een grote gevoelswaarde en misschien nog belangrijker: ook een grote natuurwaarde. De ruimtes voorbehouden voor grote bomen zeer schaars in de dorpskernen en bebouwde kommen. Dikwijls vormen zij (zoals hier bij 't Kasteeltje) echte groene eilandjes, die een laatste refugium zijn voor tal van diersoorten, vogels in het bijzonder.

Door aanpassingen ten behoeve van het schoolgebeuren (paviljoenbouw, toegangen, speelplaats,...) is de echte kasteeltuin voor een groot stuk verdwenen, door de aanleg van speelplaatsen. De resterende bomen zijn als het ware de laatste getuigen. De meeste hebben een zeer hoge plantwijzewaarde (alleenstaand) en zijn dan ook prachtig kunnen uitgroeien. Nagenoeg alle zijn ze in een relatief goeie conditie. Het feit dat de tuin zich in de dorpskern bevindt geeft de bomen ook de hoogste standplaatswaarde. Door de zeer respectabele leeftijd van de bomen (ca. 100 jaar) hebben zij doorgaans ook een hoge basiswaarde. Voor het ganse grondgebied van Opwijk zijn er slechts enkele tientallen exemplaren van deze leeftijd. De soortwaardes zijn vrij verscheiden: er zijn bomen uit de hoogste schalen (rode beuk, Fagus sylvatica 'Atropunicea'; groene beuk, Fagus sylvatica; tamme kastanje, Castanea sativa), maar ook enkele uit lagere schalen (bv. de treurwilg, Salix alba 'Tristis'; de paardekastanje, Aesculus hippocastanum;...).

(gevevens ons verstekt door de heer Marc De Maegdt van de Opwijkse natuurvereniging IJsvogel vzw, waarvoor onze dank)

Een school in 't Kasteeltje

Na de faling van het notariaat van Victor Wijnants stond het gebouw een tijd leeg.

In aansluiting met het schoolpact van 20 november 1959 werd Opwijk gekozen als zetel van een lagere Rijksschool. Men liet hiervoor het oog vallen op de 't Kasteeltje - villa Wijnants.

Op 1 september 1958 startte het Rijksonderwijs in de villa. Met een relatief groot respect voor het interieur gebeurde de omvorming tot schoollokalen, met klassen en kantoor. Later voegde men hieraan nog een refter en keuken toe. Ook te tuin werd aangepast, ten behoeve van een speelplaats voor de kinderen.

Vrij vlug diende men uit te kijken naar bijkomende ruimte. Men bouwde drie houten paviljoenen die tijdelijk gebruikt werden voor 4 klaslokalen en een speelzaal met sanitaire ruimte. Halfweg de jaren zestig zette men de procedure in gang voor de bouw van een definitief kleutergebouw. Dit werd ingehuldigd in september 1970. 't Kasteeltje en de vrijgekomen paviljoenen konden dan volledig ingenomen worden door de lagere afdeling. Ondertussen kwamen onderhandelingen op gang om naast de lagere school ook te starten met avondonderwijs. Het Rijk nam op 1 september 1972 de Vrije Avondschool van Buggenhout over en bracht haar onder in de lokalen van de Rijkslagere school Opwijk. Zo ontstonden de Rijksleergangen Technisch Onderwijs in Opwijk (avond- en weekendonderwijs).

In de zomer van 1984 werd begonnen met de bouw van nieuwe lokalen voor de lagere afdeling. Het duurde tot eind november 1986 om de volledige lagere afdeling te kunnen overbrengen naar de nieuwbouw. Vanaf dan kwam 't Kasteeltje volledig ter beschikking van het avond- en weekendonderwijs.

Met de regionalisering veranderde het Rijksonderwijs naar Gemeenschapsonderwijs.

De avond- en weekendleergangen worden nu georganiseerd binnen het Centrum voor Volwassenenonderwijs Aalst/opwijk, met hoofdzetel te Aalst.

'Metaal' in en aan 't Kasteeltje

Ook in dit gebouw treffen wij heel wat metalen onderdelen aan: liggers voor de welving van de kelderverdieping, lateien boven de brede vensters in zij- (Ringlaan) en achtergevel en andere structurele elementen, prachtig hang en sluitwerk van het binnenschrijnwerk, glas in loodvensters in wanden, kasten, deuren en vensters, zilverspiegels, gietijzeren venstertabletten boven de verwarmingselementen, metalen versieringsplaten in binnendeuren, in ingebouwde kasten en in plafonds, elementen (buizen en afsluiters) van de vroegere gasverlichting, verluchtingsroostertjes in de gevels, de kroonlijstdichtingen en regenwaterafvoerpijpen, grilles voor keldervensters, de zinken dakvensters, schouwankers (zijgevels), een windwijzer op het torentje,... en natuurlijk, het prachtige hekken langs de Marktstraat.

Klik op de miniatuurfoto voor vergroting

Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

De plaats waar notaris Fernand Wijnants in 1908-'09 zijn villa liet bouwen.

Grondplan van de eerste verdieping, getekend te Brussel op 29 augustus 1908 door architect J. Rosschaert.

Plan van de zijgevel van 't Kasteeltje (kant Dorpssteeg), getekend te Brussel op 29 augustus 1908 door architect J. Rosschaert.

Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

 Zichten van 't Kasteeltje op oude prentkaarten. 

Klik voor vergroting.

  Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

Zicht van 't Kasteeltje op oude prentkaarten.

Recente foto van 't Kasteeltje. Kant Marktstraat.

Recente foto van 't Kasteeltje. Achterzijde.

Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

Enkele binnenzichten van 't Kasteeltje.

Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

Klik voor vergroting.

Enkele binnenzichten van 't Kasteeltje.


www.heemkringopwijk.net - Print:
© Heemkring Opwijk-Mazenzele (HOM) 1999-